In 1923 doopten Harry W. Kent en Edgar K. Worthington de
Gerlinger Motor Car Company om tot Kenworth. De geboorte van dit bekende merk
was hiermee een feit. De eerste Kenworth was een doorontwikkeling van de eerder
geproduceerde Gersix Trucks. Deze werden nog onder de naam Gerlinger
gefabriceerd.
De eerste Kenworth's hadden een conventionele motorkap. In
1924 werden er al 80 verkocht en een jaar later was dat aantal al opgelopen tot
104 vrachtwagens. De zaken gingen goed en in 1929 opende Kenworth een vestiging
in Vancouver. Vanuit die vestiging kon de Canadese markt bespeelt worden.
Kenworth bood haar klanten toen al de mogelijkheid om een vrachtwagen op maat te
maken.
In 1933 bouwde Kenworth als eerste Amerikaanse
vrachtwagenfabrikant standaard dieselmotoren in zijn wagens in. In datzelfde
jaar waren er ook voor het eerst slaapcabines beschikbaar. Vanwege een nieuwe
wetgeving in 1936 kwam in dat jaar ook de eerste frontstuurtruck van Kenworth op
de markt.
In
1944 werd Kenworth een dochteronderneming van Pacific Car & Foundation, oftewel
PACCAR. De onderneming waarbij later ook Peterbilt en Daf onderdeel vanuit
maakten. Tijdens de oorlog fabriceerde Kenworth vooral legervoertuigen. In de
jaren na de Tweede Wereldoorlog waren de Hawaïaanse suikerplantages een van de
belangrijkste klanten van Kenworth.
In de jaren 50 was ongeveer 40% van de geproduceerde vrachtwagens bedoeld voor
export. In 1956 bracht Kenworth twee beroemde modellen uit, namelijk de
W900 met torpedofront en de K100, een fronstuurtruck.
In 1965 werd de tweede fabriek in Kansas City in gebruik genomen. Mede dankzij het overweldigende succes van de W900 en de K100 werden er in dat jaar een record aantal van 2037 zwarte vrachtwagens verkocht.
Het ging
goed met Kenworth en in 1974 opende Kenworth een nieuwe fabriek in Chillicothe,
in de staat Ohio. Tevens werden in Australië vierassers met twee gestuurde assen
ontwikkelde en opende Kenworth in Mexico een fabriek. In 1976 bouwde
Kenworth als eerste fabrikant een topline cabine voor de lange afstand: de
Aerodyne. De Aerodyne was zowel met een torpedofront als met een frontstuur
leverbaar.
In 1985 kregen de tot dan toe erg hoekige modellen een nieuwe
aërodynamische vormgeving. De luchtweerstand van de T600 was met 40% afgenomen
en door de nieuwe, schuin aflopende motorkap kon er ook fors bespaard worden op
het brandstofverbruik.
Naast de T600 kwam Kenworth in de jaren daarna ook nog met de
T300 voor het lichtere werk en de T2000 als topmodel. Deze was, zeker voor
Amerikaanse begrippen, uiterst aërodynamisch ontworpen en had ook nog een
buitengewoon grote slaapcabine. Door de overname van Daf in de jaren 90 rijden
in de Verenigde Staten nu ook Dafjes rond, die gebaseerd zijn op de LF en CF
serie. Deze rijden echter rond onder de naam Kenworth. Ook de nieuwe Daf XF105
is onder de naam Kenworth te bewonderen op de Amerikaanse wegen.
Bron: Encyclpodie van Trucks, Peter J Davis, Veltman Uitgevers
2006
© copyright Sebastiaan Kemper Alle rechten voorbehouden 2008-2015
Campeo,
de Senseo voor onderweg
Nu verkrijgbaar op
www.omvormers.info